Zwavel

Zwavel is een essentiële chemische verbinding die een van de aminozuren is die nodig zijn voor de eiwitsynthese in het lichaam. In zijn natuurlijke staat is het aanwezig in vulkanische gebieden in de vorm van sulfiden, sulfozouten en sulfaten. De industriële, medische en voedingstoepassingen zijn divers. Welke je hieronder kunt ontdekken.

Wat is zwavel?

Het is een chemisch element met atoomnummer 16 dat deel uitmaakt van de niet-metalengroep van het periodiek systeem. Het onderscheidt zich door zijn onaangename geur, het is lichtgeel van kleur met enkele oranje accenten. Bovendien combineert het gemakkelijk met andere elementen, waardoor verbindingen worden gevormd zoals dioxiden en trioxiden, die veel toepassingen in de industrie hebben.

Zwavel symbool

S Het woord komt van het Latijnse zwavel, dat brandbare of brandende steen betekent. Deze uitdrukking is gerelateerd aan het Sanskriet śulbāri, wat betekent dat het zijn waarde verliest wanneer het wordt gemengd met koper, gezien zijn brandbare eigenschappen.

Kenmerken van zwavel

Dit chemische element heeft een atoommassa van 32.064 en bevindt zich in groep 16 van het periodiek systeem. Het is een actief element dat gemakkelijk mengt met andere verbindingen. Het bestaat in positieve en negatieve oxidatietoestanden en is multivalent bij de vorming van ionische mengsels. Ontdek andere voordelen van dit niet-metaal:

  • Staat : Het presenteert drie allotrope vormen, vloeibaar, vast en gas.
  • Kleur : Intens geel, met doffe bruine en oranje highlights die blauw worden als ze smelten.
  • Smaak en geur : Het smaakt zoet, maar het heeft een verstikkende en zeer onaangename geur.
  • Oplosbaarheid : Het is onoplosbaar in water, maar lost gemakkelijk op in benzeen en koolstofdisulfide.
  • Vasthoudendheid : Zeldzaam, het is een kwetsbaar element dat snel verpulvert.
  • Toxiciteit : Laag in kleine concentraties, maar als deze toeneemt, is deze zeer irriterend.
  • Structuur : Het verschijnt in de vorm van orthorhombische of kristallijne moleculen, netwerktype of met elkaar verweven ringen.

Chemische en fysische eigenschappen van zwavel

  1. Atoomnummer : 16
  2. Periode : 3
  3. Blok : P
  4. Groep : 16
  5. Covalente straal (Å): 222 uur
  6. Dichtheid: 2,07 kg/m3
  7. Kookpunt: 444,6°C
  8. Smeltpunt: 119,0°C
  9. Atoomstraal: 88 uur
  10. Gemiddelde straal: 22.00 uur
  11. Elektronen per schil: 2.8.6  
  12. Elektronegativiteit: 2,58
  13. Elektronische configuratie: [Ne] 3 s² 3p4
  14. Atoommassa (g/mol): 32,065(5) u
  15. Oxidatietoestand: -2, +2, 4, 6 sterk zuur
  16. Eerste ionisatiepotentiaal eV: 10,36
  17. Soortelijke warmte: 710J/(K kg)
  18. Thermische geleidbaarheid: 0,269 W/(Km)

Oorsprong van zwavel

Dit element dateert uit onheuglijke tijden vóór Christus, omdat het in de Romeinse en Griekse culturen veel werd gebruikt vanwege zijn geneeskrachtige eigenschappen. Bovendien werd het gebruikt als bleekmiddel en luchtreiniger in Egyptische tempels. De alchemist Henning Brand ontdekte het in zijn natuurlijke staat. Vervolgens voerde de scheikundige Antoine Lavoisier in 1777 verschillende experimenten uit en classificeerde het als een element dat zich kon mengen en zwaveloxide en andere verbindingen kon vormen.

Waar wordt zwavel voor gebruikt?

Het gebruik ervan strekt zich uit tot de industriële en medische gebieden. Ten eerste worden uit zwavelzuur batterijen, buskruit en gevulkaniseerd rubber geproduceerd. Bovendien zijn zwavelzeep, bleekmiddel en lucifers gemaakt van sulfiet. In thiosulfaatvorm wordt het bij de fotografische productie gebruikt als fixeermiddel om zilverbromide op te lossen. Evenzo wordt het veel gebruikt als antisepticum in de vorm van zwaveldioxide bij de behandeling van acne en huidallergieën. Het wordt zelfs gebruikt als actief ingrediënt in fungiciden en meststoffen.

Wat is de zwavelcyclus?

Dit is een biogeochemische cyclus waardoor dit element in het milieu wordt aangetroffen. Het wordt als een complex chemisch proces beschouwd omdat het door verschillende ecosystemen gaat en verschillende oxidatietoestanden ervaart, vooral wanneer het zich aan zuurstof bindt. Bovendien circuleert het op de volgende manier in het milieu:

  • Het beweegt door absorptie van de grond naar de lucht en het water.
  • Het reist bij inname van groenten naar dieren.
  • Het is in gasvormige toestand in de atmosfeer aanwezig na de ontbinding van organische materialen, zoals waterstofsulfide en zwaveldioxide.
  • Het keert terug naar de bodem en het water als gevolg van degradatie, zure regen of zwaveldioxide en gassen die in de atmosfeer terechtkomen.

Welke functie heeft zwavel in het menselijk lichaam?

In het menselijk lichaam bevordert het de productie van collageen, een eiwit dat nodig is voor de huid, pezen, botten en ligamenten. Bovendien bevordert het de bloedstolling, versterkt het de weefsels en de leverfunctie. Bovendien onderhoudt het het zuurstoftransport naar de hersenen, helpt het de insulinefunctie en zet het koolhydraten om in energie.

Op dezelfde manier is het een actief ingrediënt van vitamine D, dat de mentale rust bevordert. Het draagt bij tot de vorming van nieuwe weefsels in het lichaam, dankzij zijn werking op aminozuren.

Samenvattend is zwavel een niet-metaalachtig element dat in verschillende verbindingen verschillende oxidatietoestanden vertoont. Het is essentieel voor de vorming van de aminozuren methionine en cysteïne, noodzakelijk voor de eiwitsynthese in alle levende wezens.